Medische Encyclopedie
Inhoud
- Wat is kinkhoest bij kinderen?
- Kan ik er zelf iets tegen doen?
- Wat kan de apotheker voor mij doen?
- In welke gevallen kan ik beter naar de huisarts gaan?
- Welke medicijnen worden gebruikt bij
Kinkhoest bij kinderen
Wat is kinkhoest bij kinderen?
Kinkhoest is een besmettelijke ziekte. De oorzaak is een bacterie.
Kinkhoest kan heftige hoestbuien geven, vooral bij kinderen. Bij het hoesten kan er veel slijm uit de keel in de mond komen. Baby’s jonger dan 1 jaar kunnen er heel erg ziek van worden.
In Nederland komt kinkhoest regelmatig voor bij kinderen en volwassenen. De meeste mensen worden niet erg ziek, omdat ze als kind kinkhoest-prikken hebben gekregen.
Als iemand met kinkhoest niest of hoest, komen er kleine druppeltjes met de kinkhoest-bacterie in de lucht. Als je kind die druppeltjes inademt, kan het kinkhoest krijgen.
Nadat je kind besmet is, wordt het na 1 tot 3 weken verkouden. Als je kind verkouden is, gaat het na 1 of 2 weken hoesten.
Vanaf het moment dat je kind verkouden is, kan het anderen al besmetten. Dit kan tot ongeveer 5 weken daarna. Kinkhoest is dus al besmettelijk voordat het hoesten begint.
Kan ik er zelf iets tegen doen?
Adviezen bij baby’s jonger dan 1 jaar- Denk je dat je baby kinkhoest heeft? Bel dan de huisarts.
- Door het hoesten kan je kind erg moe zijn. Zorg dat je kind genoeg rust. In bed blijven is niet nodig.
- Lees ook de adviezen bij hoesten.
- Laat een kind met kinkhoest gerust spelen als het daar zin in heeft.
- Laat je kind gewoon naar school of het kinderdagverblijf gaan als het zich verder goed voelt.
Als je kind gaat hoesten is de meest besmettelijke periode al voorbij. De mensen om je kind heen zijn dan vaak al besmet. Het is wel belangrijk om te melden dat je kind kinkhoest heeft. Dan kan de leiding van de school of het kinderdagverblijf andere ouders informeren. Zij kunnen dan opletten of hun kind ook kinkhoest krijgt.
Neem een kind met kinkhoest niet mee op bezoek bij een nieuwe baby.
Wat kan de apotheker voor mij doen?
Uw apotheker zorgt ervoor dat u uw medicijnen goed en veilig kunt gebruiken. Het maakt niet uit of u een medicijn korte tijd of langdurig nodig heeft.
- Receptcontrole
De apotheker controleert elk recept. Bijvoorbeeld: is het juiste medicijn voorgeschreven en meegegeven, is de dosering goed, kan het medicijn samen met andere medicijnen die u gebruikt. Als het nodig is, overlegt uw apotheker met uw huisarts of specialist.
- Overzicht van uw medicijnen
Uw apotheker houdt bij welke medicijnen u gebruikt. U kunt in de apotheek altijd om een overzicht van uw medicijnen vragen. Dit kunt u bijvoorbeeld meenemen als u uw specialist bezoekt, in het ziekenhuis wordt opgenomen of naar het buitenland gaat.
- Delen van informatie over uw medicijnen met andere zorgverleners
Uw apotheker, huisarts en het ziekenhuis kunnen informatie over uw medicijnen met elkaar delen als dat nodig is voor uw behandeling. Dit mag alleen als U daar toestemming voor geeft.
- Begeleiding bij nieuwe geneesmiddelen
Krijgt u een medicijn dat u in de afgelopen 12 maanden niet hebt gebruikt? Dan krijgt u extra uitleg over deze medicijnen.
- Ondersteuning als u uw medicijnen weleens vergeet in te nemen
De apotheker heeft daar hulpmiddelen voor. Als uw zorgverzekeraar toestemming geeft, kan uw apotheker uw medicijnen per dag en per tijdstip van inname in aparte zakjes voor u laten verpakken.
- Persoonlijk gesprek over uw medicijnen
Heeft u vragen over uw medicijnen, of problemen met het gebruik? Bijvoorbeeld moeite met slikken van medicijnen, openmaken van de verpakking, of last van een vervelende bijwerking? Vraag uw apotheker om een persoonlijk gesprek. Hij kijkt dan samen met u welke mogelijkheden er zijn om uw probleem te verhelpen.
- Medicatiebeoordeling
Uw apotheker en huisarts kunnen u uitnodigen voor een gesprek over uw medicijnen. Dit is mogelijk bij patiënten ouder dan 65 jaar die langdurig meer dan 5 medicijnen gebruiken. Samen met u bespreken ze of er verbetering mogelijk is. Als u bijvoorbeeld last hebt van bijwerkingen van een medicijn kan het soms vervangen worden door een ander medicijn.
- Zelfzorg
Bij de apotheek kunt u terecht voor advies over medicijnen die u zonder recept (= zelfzorgmedicijnen) kunt kopen, voor verbandmiddelen en cosmetica. De apotheek kan zelfzorgmedicijnen voor u opnemen in uw medicatiedossier. Dan kan de apotheker controleren of u ze veilig samen met uw receptmedicijnen kunt gebruiken.
- Bezorgservice
Bent u moeilijk ter been? Informeer bij uw apotheek of zij uw medicijnen bij u thuis kunnen bezorgen.
In welke gevallen kan ik beter naar de huisarts gaan?
Spoed: Bel direct je huisarts of de huisartsen-spoedpost als je kind hoestbuien heeft met 1 of meer van deze klachten:
- snel of moeilijk ademen
- piepen bij het ademen
- blauw worden
- soms stoppen met ademen
- suf zijn of in de war zijn: je kind reageert niet of niet zoals normaal
Denk je dat je kind kinkhoest heeft? Bel dan je huisarts in deze situaties:
- Je kind met kinkhoest-klachten is jonger dan 1 jaar.
- Een ander kind thuis is jonger dan 1 jaar en heeft niet alle kinkhoest-prikken gekregen voor die leeftijd. Of de moeder heeft geen kinkhoest-prik in de zwangerschap gekregen.
- Iemand thuis is meer dan 34 weken zwanger en heeft tijdens de zwangerschap geen kinkhoest-prik gekregen.
Bel ook als je merkt dat je kind steeds zieker wordt. Dat merk je bijvoorbeeld hieraan:
- niet of te weinig drinken
- steeds overgeven
- blijven huilen of kreunen
- een andere kleur huid
Welke medicijnen worden gebruikt bij
Vaccins
Om uw kind te beschermen tegen infectieziekten, wordt gebruikgemaakt van vaccins. Een vaccin bevat een kleine hoeveelheid aan dode of verzwakte levende virussen of bacteriën. Het lichaam reageert op de vaccinatie met het maken van antistoffen. Als het lichaam nu in aanraking komt met de echte virussen of bacteriën dan herkent je lichaam die en worden snel extra antistoffen aangemaakt. Je wordt dan niet of veel minder ziek.
Een voorbeeld van een vaccin is DKTP (Difterie, Kinkhoest, Tetanus en Polio), dat onderdeel is van het Rijksvaccinatieprogramma voor kinderen.
Zwangere vrouwen krijgen het advies om vanaf de 22e week van de zwangerschap het DKT-vaccin te halen. Dit vaccin is onderdeel van het Rijksvaccinatieprogramma. Het vaccin verkleint de kans op kinkhoest bij de pasgeboren baby.
Macrolide-antibiotica
Kinderen jonger dan 2 maanden zijn nog niet gevaccineerd; zij kunnen dus met kinkhoest besmet raken. In dat geval kan de arts een macrolide-antibioticum voorschrijven, zoals claritromycine of azitromycine. Deze antibiotica bestrijden de kinkhoest-bacterie.